Voeding voor het brein
Ruim 1 miljoen Nederlanders slikt antidepressiva. Het gebruik van een medicijn als Ritalin is de afgelopen 6 jaar van 70.000 naar ver over de 200.000 gegaan. De ziekte Alzheimer, MS en Parkinson zijn nog steeds in opmars. Over ongeveer 25 jaar worden er minimaal 500.000 patiënten met dementie of Alzheimer verwacht.
Klachten van en in ons brein zijn voor mensen het grootste doemscenario. En niet zo vreemd want eigenlijk is elke lichaamsfunctie afhankelijk van een goed functionerend brein. Zijn er dingen die we zelf kunnen doen om ons zenuwstelsel optimaal te laten functioneren? Gelukkig wel!
Het centrale zenuwstelsel wordt bijna volledig gereguleerd door eiwitten. De neurotransmitters die uit deze voedingsstoffen gemaakt worden, worden steeds meer herkend als essentieel. De meest belangrijke neurotransmitters zijn: Dopamine, Acetylcholine, Gaba en Serotonine. Het zijn een soort van boodschappersstofjes en hebben een belangrijk effect op je lichamelijke en mentale fitheid, reactiesnelheid, motoriek, immuunsysteem, geheugen, aandacht, concentratie, focus, je gevoel en persoonlijkheid. Als het brein en andere organen, zoals bijvoorbeeld de spieren (dus ook ons hartspier) met elkaar “praten” doen ze dat met neurotransmitters als hun voornaamste “taal”.
We kunnen het ons niet veroorloven om ons neurotransmitterevenwicht te verliezen. Ons functioneren begint dan sterk terug te lopen. Als je niet weet dat de basisoplossing in voeding is gelegen, dan kom je bij klachten, in uiteenlopende richtingen, al snel in aanraking met de genoemde antidepressiva. Veel “medicijnen voor het brein” zijn bedoeld om het evenwicht van neurotransmitters te herstellen. Maar herstellen is daarbij niet het goede antwoord. Voeding kan deze evenwichten herstellen. Althans, in de meeste gevallen.
Het draait natuurlijk niet alleen om neurotransmitters. Ons brein heeft minimaal de volgende “randvoorwaarden” nodig om (biochemisch gezien) goed te kunnen functioneren: zoals voldoende en de juiste eiwitten, voldoende vitamines/mineralen/sporenelementen die de energie aanmaak (ATP) garanderen, voldoende vitale vetten (omega 3-vetzuren), een gezond darmmilieu, een stabiele bloedsuikerspiegel voor een stabiel glucoseniveau in het brein, hormonale balans, een goede bloedcirculatie, niet te veel, maar ook niet te weinig stress.
Dagelijkse beweging mag ook niet ontbreken, evenals positieve en stimulerende sociale contacten. Maar ook creatieve uitdagingen, deze helpen nieuwe neuronale netwerken te ontwikkelen. En dat is ook gezond!
